Wit EV-laadstation van bovenaf met gouden eurosymbolen, zilveren kabel en moderne blauwe achtergrond

Hoeveel subsidie kun je krijgen voor laadinfrastructuur?

Bedrijven die investeren in elektrische laadinfrastructuur kunnen profiteren van verschillende subsidies en fiscale regelingen. De hoogte van de subsidie hangt af van het type laadinfrastructuur, de locatie en de specifieke regeling waarvoor je in aanmerking komt. Voor reguliere AC-laadpunten kun je rekenen op subsidies van enkele honderden tot duizenden euro’s per laadpunt, terwijl snelladers subsidiebedragen tot tienduizenden euro’s kunnen opleveren. Naast directe subsidies zijn er ook fiscale voordelen zoals de MIA/VAMIL-regeling die tot 40% investeringsaftrek biedt.

Welke subsidies zijn er beschikbaar voor laadinfrastructuur in Nederland?

Nederland kent verschillende subsidieregelingen voor laadinfrastructuur, elk met eigen voorwaarden en doelgroepen. De belangrijkste landelijke regelingen zijn de SPRILA-subsidie voor publieke en semi-publieke laadpalen, de MIA/VAMIL voor milieu-investeringen, en de EIA voor energie-investeringen. De SPRILA-regeling biedt directe subsidie voor AC-laadpunten tot 800 euro voor MKB en 400 euro voor grote bedrijven, terwijl DC-snelladers subsidiebedragen tot 9.760 euro voor MKB en 4.880 euro voor grote bedrijven kunnen ontvangen.

Regionale en gemeentelijke subsidies vullen het landelijke aanbod aan. Provincies zoals Noord-Holland en Zuid-Holland hebben eigen programma’s voor verduurzaming van bedrijventerreinen waarbij laadinfrastructuur onderdeel kan zijn. Gemeenten bieden soms aanvullende subsidies voor specifieke gebieden of doelgroepen, vooral in binnensteden of bij openbare parkeervoorzieningen.

Voor batterijopslag in combinatie met laadinfrastructuur zijn er aparte subsidiemogelijkheden. De SPRILA-regeling vergoedt bijvoorbeeld 100 euro per kWh voor kleine bedrijven en 70 euro per kWh voor grote bedrijven. Deze combinatie wordt steeds belangrijker nu het einde van de salderingsregeling in 2027 nadert en eigenverbruik van zonne-energie aantrekkelijker wordt.

Hoeveel subsidie kun je maximaal krijgen voor laadpalen?

De maximale subsidiebedragen verschillen sterk per type laadinfrastructuur en subsidieregeling. Voor reguliere AC-laadpunten (tot 22 kW) ligt het maximum tussen enkele honderden en duizenden euro’s per laadpunt. DC-snelladers kunnen aanzienlijk hogere subsidies ontvangen, met bedragen die oplopen tot tienduizenden euro’s per laadpunt. De exacte hoogte hangt af van het vermogen van de lader en de grootte van je bedrijf.

Naast directe subsidies zijn er fiscale voordelen die de totale ondersteuning verhogen. De EIA-regeling biedt 45,5% investeringsaftrek, wat neerkomt op ongeveer 11,4% netto belastingvoordeel. De KIA (Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek) kan hier nog tot 28% extra aftrek aan toevoegen voor kleinere investeringen. Voor een complete laadinfrastructuur met meerdere laadpunten, inclusief bekabeling en netaansluiting, kunnen de totale voordelen oplopen tot 40-50% van de investering.

Het is belangrijk om te weten dat verschillende subsidies niet altijd gecombineerd kunnen worden. De SPRILA-subsidie is bijvoorbeeld niet combineerbaar met de MIA/VAMIL-regeling. Wel kun je fiscale regelingen zoals EIA en KIA combineren met directe subsidies, waardoor je de investering maximaal kunt optimaliseren. Voor een complete laadoplossing met zonnepanelen en batterijopslag kunnen de totale voordelen de business case aanzienlijk verbeteren.

Wie komt in aanmerking voor subsidie op laadinfrastructuur?

Bedrijven van alle groottes kunnen aanspraak maken op subsidies voor laadinfrastructuur, maar de voorwaarden verschillen per regeling. MKB-bedrijven hebben vaak toegang tot hogere subsidiebedragen per laadpunt dan grote ondernemingen. Voor de SPRILA-regeling moet je een onderneming zijn die investeert in publiek of semi-publiek toegankelijke laadpunten. Dit betekent dat de laadpalen minimaal tijdens bepaalde uren openbaar toegankelijk moeten zijn.

VVE’s (Verenigingen van Eigenaren) komen in aanmerking voor specifieke regelingen gericht op het verduurzamen van parkeergarages en gemeenschappelijke parkeerplaatsen. Zij kunnen gebruik maken van subsidies voor het installeren van laadpunten voor bewoners, waarbij de nadruk ligt op het faciliteren van elektrisch rijden in de woonomgeving. Overheden en semi-publieke instellingen zoals zorginstellingen en onderwijsinstellingen hebben vaak toegang tot aanvullende subsidiemogelijkheden.

Particulieren komen doorgaans niet in aanmerking voor zakelijke subsidies, maar kunnen wel profiteren van gemeentelijke regelingen voor thuisladen. Voor bedrijven geldt vaak een minimale investeringsdrempel. Bij de SPRILA-regeling moet je bijvoorbeeld minimaal 2.500 euro per locatie investeren. Ook moet je kunnen aantonen dat de laadinfrastructuur bijdraagt aan de verduurzaming van mobiliteit in je regio.

Wat zijn de belangrijkste voorwaarden voor laadpalen subsidie?

De belangrijkste voorwaarde voor veel subsidies is de openbare toegankelijkheid van de laadinfrastructuur. Voor SPRILA moet je laadpunt minimaal 24/7 toegankelijk zijn voor derden, of tijdens kantooruren voor semi-publieke laadpunten. De laadpunten moeten voldoen aan technische standaarden zoals OCPP-compatibiliteit voor slimme aansturing en monitoring. Ook moet de locatie geschikt zijn voor de beoogde doelgroep en mag er geen sprake zijn van oneerlijke concurrentie.

Technische specificaties spelen een belangrijke rol bij de beoordeling. Laadpunten moeten voldoen aan actuele veiligheidsnormen en interoperabiliteit waarborgen. Voor DC-snelladers gelden vaak aanvullende eisen zoals een minimaal laadvermogen en de mogelijkheid tot contactloos betalen. De netaansluiting moet toereikend zijn of je moet kunnen aantonen dat deze wordt uitgebreid. Smart charging functionaliteiten worden steeds vaker verplicht om netcongestie te voorkomen.

Administratieve voorwaarden omvatten het indienen van offertes van gecertificeerde installateurs, een projectplan met tijdslijn, en de verplichting tot monitoring en rapportage gedurende enkele jaren na installatie. Je moet kunnen aantonen dat de investering additioneel is, dus dat je zonder subsidie de investering niet of later zou doen. Voor fiscale regelingen moet de apparatuur op de milieulijst staan en nieuw aangeschaft worden.

Hoe vraag je subsidie aan voor elektrische laadinfrastructuur?

Het aanvraagproces begint met het identificeren van de juiste subsidieregeling voor jouw situatie. Start met een grondige analyse van je laadbehoefte, waarbij je rekening houdt met de huidige vloot en verwachte groei over 3-5 jaar. Vraag offertes op bij meerdere gecertificeerde installateurs en zorg dat deze voldoen aan de subsidie-eisen. Een goede voorbereiding met complete documentatie verhoogt je kansen aanzienlijk.

Voor de daadwerkelijke aanvraag heb je verschillende documenten nodig: een gedetailleerd projectplan, offertes met technische specificaties, een situatieschets van de locatie, en bewijs van eigendom of toestemming voor installatie. Bij de SPRILA-regeling moet je aanvraag binnen enkele dagen na opening worden ingediend vanwege het beperkte budget. Zorg daarom dat alle documenten vooraf compleet zijn. De aanvraag verloopt volledig digitaal via het RVO-portaal.

Na goedkeuring heb je meestal 12-18 maanden om het project te realiseren. Houd rekening met lange levertijden voor netaansluitingen (12-36 maanden) en start dit traject daarom vroeg. Tijdens de uitvoering moet je wijzigingen melden en na oplevering volgt de eindrapportage met bewijsstukken zoals foto’s, facturen en opleverrapporten. Een professionele begeleiding kan het verschil maken tussen een succesvolle aanvraag en afwijzing.

Wanneer kun je subsidie aanvragen voor laadpalen?

De timing van subsidieaanvragen is cruciaal voor succes. De SPRILA-regeling opent jaarlijks op 25 maart en het budget is vaak binnen twee dagen uitgeput. Voor 2025 wordt een budget van 61,4 miljoen euro verwacht. Fiscale regelingen zoals EIA en MIA/VAMIL kun je het hele jaar door aanvragen, maar je moet de investering melden binnen drie maanden na opdrachtverlening.

Regionale en gemeentelijke subsidies hebben vaak meerdere openstellingsrondes per jaar of werken met een doorlopend budget tot uitputting. Het is verstandig om je ruim van tevoren aan te melden voor nieuwsbrieven van RVO, je provincie en gemeente om geen openstellingen te missen. Sommige regelingen kondigen de opening enkele weken vooraf aan, wat je tijd geeft voor voorbereiding.

Planning is essentieel gezien de lange doorlooptijden in de sector. Netbeheerders hebben momenteel 12-36 maanden nodig voor capaciteitsuitbreidingen, dus start dit traject vroeg. De combinatie van subsidiedeadlines, levertijden en netcapaciteit maakt dat je minimaal een jaar vooruit moet plannen. Voor bedrijven die hun zakelijke laadinfrastructuur willen uitbreiden is nu het moment om te starten met de voorbereidingen voor subsidiemogelijkheden in 2025. Wil je weten welke subsidies het beste bij jouw situatie passen? Neem dan contact met ons op voor een vrijblijvend adviesgesprek over de mogelijkheden.

Gerelateerde artikelen